El final - Reisverslag uit Holguín, Cuba van Erwin & Irene - WaarBenJij.nu El final - Reisverslag uit Holguín, Cuba van Erwin & Irene - WaarBenJij.nu

El final

Blijf op de hoogte en volg Erwin & Irene

01 Januari 2016 | Cuba, Holguín

Op tweede kerstochtend kregen we ons gewoonlijk ontbijt: een bord met fruit, dit keer fruta bomba (papaya), ananas, banaan en nispel (die hadden we nog niet eerder gegeten, lekker hoor), witbrood, een gebakken ei, vers sap (van guayaba) en een bakkie koffie. Elke dag dus een gebakken ei, die hoeven we thuis voorlopig even niet.
Nog even buiten gezeten om van het mooie uitzicht en de wolkenluchten te genieten, maar die kwamen al snel dichterbij met de nog steed flinke wind, waarop het enorm begon te regenen. Het water kwam onder de deur door van onze kamer die pas drie weken geleden af was gekomen. Vervolgens kwam het water door de kieren van de deur en van de ramen. Wat een waterballet, en dit keer had Erwin er niks mee te maken. Gouw een badmatje als dam neergelegd maar het was gewoon teveel water. Gelukkig was het na de regenbui makkelijk naar buiten te vegen. Casa-eigenaar Yvan vertelde wel dat hij nog een hartig woordje met de timmerman ging spreken over diens werk.
Daarna zijn we het dorp gaan verkennen. Lekker slenteren langs de Malécon, zoals elke boulevard langs de oceaan in Cuba heet. De eerste beestjes die we daar tegenkwamen waren een stel kippen die ook van het uitzicht aan het genieten waren. Eerst maar eens bij het fort aan zee gekeken waar een paar roestige/ kanonnen het ingeslapen stadje beschermen. Op het terras daar neergestreken voor een drankje. We hadden ze al vaker gezien, blikje Bucanero Malta, daar waren we wel benieuwd naar. Alcoholvrij bier kon het niet zijn, want kinderen dronken het ook. Het blijkt een of andere mierzoet drankje te zijn, soort driedubbelzoete Dr. Pepper met extra karamelsmaak. Nog minder lekker dan Tukola dus. Maar we hebben de blikjes braaf leeggedronken en vervolgens meegegeven aan de aanwezige blikjesverzamelmeneer. Die zagen we ook elke dag in elke stad of dorp. Mannen of vrouwen met een flinke zak die de straten, bars en vuilbakken afstruinen naar lege blikjes. Kennelijk valt daar een beetje geld mee te verdienen.
Verder het oude vissersplaatsje verkend. Sommige gebouwen zijn mooi opgeknapt en gerestaureerd, maar er staan ook heel wat gebouwen te verkruimelen waar je bij staat. Soms realiseer je je dat het balkon boven je op instorten staat, dan toch maar even aan de overkant in de zon lopen. Het Casa de Cultura stond er redelijk bij, daar was recentelijk in elk geval een lik verf tegenaan gegooid en de gekleurde bovenramen die je vaak in de stadje ziet waren ook heel. Noch de bewaker (onderuit gezakt op een stoeltje) noch de dronken ouwe man die op een stoeltje lag te slapen maar wel van alles uitpruttelde toen we binnenkwamen hadden bezwaar toen we vroegen of we even mochten rondkijken. Helemaal achterin was een kleine tentoonstelling van een paar rare maar best gave foto’s van vooral boomstronken waar je dingen in kon herkennen, een lichaam bijvoorbeeld of een hoofd met rechtopstaand haar. Voorin was ook expositie van allerlei reproducties van cubaanse grafische werken. De bewaker vroeg ons of we hem uit konden leggen waarom bijna alle toeristen gelijk op één bepaald werk afliepen. We gingen er ook even naar kijken en zagen een grappige parodie op de Mona Lisa. Die kende hij wel, maar hij had dat schilderij kennelijk niet dusdanig op zijn netvlies dat hij de Nike parodie erin herkende. Grappig genoeg had hij zelf wel een Nike t-shirt aan.
Daarna zijn we nog even de berg opgelopen om het dorp en de zee vanaf de mirador te bekijken. In alle gidsen stond dat je daar ook zou kunnen eten, maar het enige wat we daar aantroffen was een stelletje dronkenlappen bij de ene tent en een saggerijnige barmevrouw in de andere tent. Toch even lekker daar gehangen en mensen gekeken.
Terug naar de prachtig gedecoreerde casa maar weer, waar juist op dat moment een hele berg varkensvlees werd gewassen om daarna in te vriezen. Een deel werd voor de volgende dag bewaard, dan zouden we brochettes van kip en varkensvlees te eten krijgen. We hadden inmiddels voor een derde nacht bijgeboekt. Gelukkig kon dat nog net, de andere kamers waren voor de volgende dagen al weer geboekt en de twee andere stellen die langer wilden blijven hadden pech.
Tegen de avond begon eigenaar Yvan een beetje te balen; de fransen die de twee kamers hadden geboekt kwamen gewoon niet opdagen. Dat ging hem uiteindelijk dus geld kosten en hij had de twee andere koppels moeten teleurstellen. Later hebben we nog gezellig met hem en Lisandro (ja, inderdaad een mannenkoppel dat de boel runt, best bijzonder in Cuba, denken we) zitten te ouwehoeren over Duitsers, Nederlanders, Engelsen en Fransen, waarbij we als Nederlanders veruit favoriet bleken te zijn. We zijn gezellig, Duitsers en Fransen zijn arrogant, Fransen dus onbetrouwbaar en Duitsers en Engelsen zuipen en maken troep. De cuba libres die we erbij dronken versterkten deze meningen misschien wel een beetje :-p
Casa-eigenaren moeten ¾ van hun inkomsten afdragen aan de staat, netto blijft er dus maar weinig over. Logisch dat ze ervan balen als mensen niet op komen dagen !

Derde kerstdag was onze laatste hele dag in Gibara en we wilden graag nog de grotten in de buurt bezoeken. Een gids daarvoor zouden we bij het natuurhistorisch museum moeten kunnen vinden, maar dat was helaas gesloten. Bij het gemeentehuis ernaast wisten ze ook niet hoe de gids te bereiken was. We konden nu twee dingen doen, terug naar de casa en aan Yvan vragen een gids te bellen, of op de bonnefooi naar de grotten gaan en maar zien of er iets van de binnenkant te zien was. We wisten ongeveer waar we heen moesten lopen en vervolgens moesten we maar aan de bewoners vragen welke kant we op moesten, Volgens een van de papieren gidsen. De weg gevraagd aan een meneer die met een enorme t-sleutel die eindigde in een put, het water aan het afsluiten was. Dat kostte duidelijk veel kracht. Maar hij wist wel de weg, we waren net iets te ver gelopen. Daarna nog een keer gevraagd en we kwamen op het paadje uit dat het dal in liep. En ja hoor het pad kwam uit op een ander pad en dat liep iets steiler naar de ingang van de grot en wat een toeval, daar was net een rondleiding afgelopen en we kregen hop een helmpje op met lamp erop en gingen de grot in. Wat een mazzel !
Wel goed uitkijken waar je loopt, want zowel de ondergrond is hobbelig en aan de bovenkant is het soms heel laag. Een van de gidsen sprak heel goed Engels, zelf geleerd in Cuba ! Heel spectaculair was de grot niet maar er zaten best mooie stukjes in en de vleermuizen vlogen je om te oren. We zagen een fossiel van een blad, een paar heremietkreeften op zoek naar de uitgang en echt een paar honderd meter de grot in groeiden zelfs twee plantjes. Die ontkiemen uit de zaden van de vruchten die de vleermuizen meenemen en weten dan toch een centimeter of 15 groot te worden. Ondanks dat het pikkedonker is groeide ze toch enigszins naar het licht. De gids vertelde dat ze daardoor wel eens een uitgang in een grot hadden gevonden toen ze verdwaald waren. We zijn zo’n 800 meter de berg in geweest, supergaaf ! Op de terugweg omhoog begon het helaas te regenen en veel beschutting was er niet. Beetje jammer maar in de hitte van de zon droogden we supersnel weer op.
In het stadje gegeten bij een simpel restaurantje dat uitkeek over de vissersbootjes die in de baai dobberden. Het eten moest hier wel heel goed zijn want een familie die net uitgegeten was laadde vervolgens twee borden vol versgebakken gepaneerde vis in twee tassen. Lekkerder kon ze het zelf thuis niet maken, zei ze. We bestelden alles van de kaart, want daar stond toch niet veel op: vis, congrio (rijst met bonen), gebakken banaan en salade. Verder was er alleen bier of kraanwater te krijgen. Goh, jammer, dan maar een biertje bij de lunch ! Het eten was helemaal niet bijzonder, maar smaakte best voor die nog geen vier euro die we ervoor betaalden, waarbij het bier evenveel als het eten kostte. Kennelijk kon die mevrouw dus helemaal niet lekker koken ! Tijdens het eten keken we hoopvol naar de visser gekeken die tot over zijn middel staand in het water zijn net steeds uitwierp en binnenhaalde. Helaas voor hem hebben we hem niks zien vangen.
Na weer een wandelingetje streken we voor weer een drankje neer in een mooi gerestaureerd pand waar ‘s avonds vaak muziek te zien/beluisteren is. Daar kwamen opeens een fotograaf, een grimeuse en een stuk of vier dametjes met moeders en allerlei tassen. Een beetje oudere Duitser die daar ook een biertje zat te drinken vertelde met glinsteroogjes dat het allemaal meisjes van 15 waren en dat het traditie is dat ze op die leeftijd op de foto gaan. We bedachten dat we inderdaad in veel casa’s van de vrouw en/of dochter des huizes glamourachtige foto’s aan de muur hadden zien hangen. De Duitser bleef geïnteresseerd zitten te kijken en wij natuurlijk ook, maar dan toch iets anders (denken we...) De meisjes werden opgemaakt en verdwenen steeds weer naar het toilet om een andere outfit aan te trekken. Vervolgens moesten ze voor de foto bevallig tegen een pilaar leunen of met een mocktail in de hand poseren. De laatste shoot vond in het park plaats in een enorme paarse galajurk. Die kwam uit de tas van de grimeuse en alle meisjes trokken dezelfde jurk aan, die achterop wat meer of minder werd ingesnoerd. Die toiletten in Cuba zijn over het algemeen trouwens niet bepaald schoon. Geen bril, zeker geen papier en meestal kan er niet worden doorgetrokken. En schoon zijn ze dus meestal ook niet bepaald. Yuk, een van de weinige slechte herinneringen…
Eenmaal terug bij de casa kwam er nog zo’n vijftienjarige in een mooie cabrio voorbij, dat schijnt er voor de meisjes waarvoor het geld er is, helemaal bij te horen.

De laatste volledige vakantiedag was aangebroken. We hadden bedacht dat we toch nog wel graag een mooi souvenir wilden en dat de schilder die in de casa en ook bij andere casas in het stadje die mooie wandschilderingen en versiersels had gemaakt, misschien ook wel schilderijen verkocht. Yvan belde hem en hij kwam langs om ons op te halen. Eerst naar zijn huis waar er een paar hingen, maar die waren in een iets fijnere stijl geschilderd dan die leuke wandschildering in de casa waar ik een beetje verliefd op was geworden. Hij vertelde dat hij momenteel exposeerde in Havanna en dat daar het meeste van dat soort werk hing. Daarna gingen we kijken in de galerie in het dorp. In een klein winkeltje van 12 vierkante meter hingen drie van zijn schilderijen, weer in die fijnere stijl en ook wat werk van een andere schilder. Uiteindelijk viel ons oog op leuk exemplaar met twee oude auto’s. Handzaam formaat ook om mee te nemen; we moesten immers nog wel 35 kilometer naar Holguin en de volgende dag nog naar het vliegveld fietsen. Kennelijk ging de galerie net zo vaak open want er kwamen gelijk heel wat mensen kijken. Ook een fotograaf, die de fotograaf bleek te zijn van die leuke boomfoto’s die we de dag ervoor zagen. Achteraf hadden we natuurlijk ook even met hem mee moeten gaan om te zien of we daar iets van konden kopen, stom ! Het schilderij werd van het doek gehaald en in een mooie kartonnen koker gestopt. Paste precies in de tas.
Toen we terug naar de casa liepen zagen we nog iemand bezig in een mooi opgeruimde garage. Natuurlijk vroeg hij ons binnen en begon uitgebreid te vertellen over zijn brommeruitlatenhandeltje voor een of ander Russisch merk uit de jaren 70. Hij maakt ze na, laat ze verchromen en verkoopt ze. Alles wordt nagemaakt in Cuba, want er kan niks geïmporteerd worden.
Octavio is dus weer een nieuwe vriend en als we terugkomen in Cuba moeten we zeker weer bij hem langskomen.
Lisandro en Yvan waren net boodschappen doen toen we wilden vertrekken uit de casa. Gelukkig lag de rekening klaar en konden de hulpen ook de sleutel van het naastgelegen huis van Yvans zus vinden, zodat we onze fietsen konden pakken. Hoe isset mogelijk ! Erwins voorband stond daar lek te wezen. Nou ja, een beter moment was er eigenlijk niet. We konden hem daar in alle rust plakken. Alleen jammer dat er nog klodders betonachtige modder op de band en het wiel zat van de laatste rit. Lisandro en Yvan waren intussen terug en Yvan grapte dat hij de band had lekgestoken zodat we langer zouden blijven.
Band in een mum van tijd geplakt en uiteindelijk om een uur of 12 vertrokken, lunchtijd dus. Daarom in het stadje eerst nog maar even een pizza gegeten. Er stond een flinke rij voor de deur, dus dat moest wel een lekkere brood-met-kaas-hap zijn. Om één uur reden we eindelijk het stadje uit.
De rit ging nog behoorlijk bergop- en af. De uiteindelijk afdaling bleef uit; we hadden ons helemaal niet gerealiseerd dat Holguin op zo’n 150 meter hoogte lag. Bij Flori en Eloy werden we weer hartelijk ontvangen. Het huishouden was inmiddels uitgebreid met een schattige puppy. Ze hadden toch een kamer voor ons vrij. Toen we daar vertrokken leek het erop dat we elders ondergebracht zouden worden.
We zijn gelijk de stad ingegaan om nog wat sigaren voor een vriend te zoeken. We hadden eerder bij een cafeteria gezien dat je daar ook sigaren kon kopen. Daar eerst maar eens kijken. Inderdaad, je kon er sigaren, sigaretten en koffie kopen. De sigaren werden los verkocht, maar je kon ook een heel pak kopen. 25 CUC, zei de verkoopster. Hmmm, tsja, tis voor de cubanen vast ook een luxeproduct en we hebben eigenlijk op straat niet heel veel sigaren gerookt zien worden. Erwin gaf drie briefjes van 10 en we kregen het equivalent in CUP terug, 100 pesos.
Maar we twijfelden toch nog steeds een beetje en bleven hangen voor een kopje koffie, dat ons elk een CUP kostte. Tis moeilijk te zien waarmee betaald wordt want de briefjes voor CUC en CUP lijken behoorlijk op elkaar. We zagen echter niemand met CUC betalen en vroegen hoe het zat. De dames achter de balie begon te draaien en liepen weg of reageerden niet meer en een andere klant vroeg wat er aan de hand was. We vertelden dat we CUCs betaald hadden en hij bevestigde dat het niet goed zat. Daarop schoven we de sigaren en het briefje van 100 CUP terug en eisten ons geld terug. Uit een rugzak kwamen opeens twee briefjes van 10 en daarmee was het klaar. Nou nee hoor, we willen graag alles terug dames. Nog een paar keer gevraagd/geëist en toen gezegd dat we de politie erbij gingen halen. De man die ons “geholpen” had liep met Erwin mee en bood hem onderweg natuurlijk veel betere sigaren aan. Toch hielp hij Erwin wel om de politie te vinden, dat was anders misschien niet eens zo makkelijk geweest. Ik bleef achter in de cafetaria, waar een van de dames opeens de vloer moest dweilen en zo probeerde mij buiten te laten wachten. Ik stapte gewoon heen en weer en ontweek telkens het uiteinde van de zwabber die richting mijn gezicht kwam. Erwin kwam terug met maar liefst drie politiemannen, waarvan één in burger. In ons beste Spaans uitgelegd wat er aan de hand was. Potver was is nou ook al weer spaans voor “teruggeven”. Kennelijk was het ernstig genoeg om ons naar het politiebureau te brengen en al snel stapten we in de Politie-Moskvich die voor was komen rijden. In de tussentijd waren alle namen van de betrokkenen genoteerd. Het bureau was niet ver, vijf of zes blokken verderop. Terwijl we zaten te wachten werd ook de cafetaria-dame die ons het meest had “geholpen” binnen gebracht, samen met haar getuige die er helemaal niet de hele tijd bij was geweest. Maar goed, we waren vol vertrouwen dat het goed voor ons zou aflopen. In een klein hokje mochten we ons verhaal nog een keer doen en werd geconstateerd dat mevrouw in elk geval consumentenbedrog had gepleegd door waren te verkopen voor CUC die CUP kostten. Dat klonk ons een beetje in de oren als een vergrijp waarmee ze er makkelijk mee weg zou komen, maar dat vonden we natuurlijk geen probleem. Vervolgens werd ons gevraagd of we aangifte wilden doen. We hebben gezegd dat we dat wilden, maar dat we haar nog een kans wilden geven het geld terug te geven. Het zou te ver gaan als ze hiervoor achter de Cubaanse tralies zou belanden. Als ze het terug zou geven dan deden we geen aangifte. Wij het kamertje weer uit en zij het kamertje in. Na een poosje wachten bleek dat ze het geld niet terug wilde geven. Wat een stomme trut ! Daarop moesten we het verhaal nog een keer doen en werd het samengevat voor degene die de aangifte zou gaan opnemen. In de tussentijd kwamen er allerlei mensen het bureau binnen, waaronder een meneer die ruzie had gekregen met zijn baas en waarbij hij met een machete in zijn hand geraakt was. Er zat een flink pak verband om, dus dat zal een flinke jaap geweest zijn. Na een uur of twee wachten werden we weer geroepen. Ze had besloten dat ze het toch terug wilde betalen. Haar “getuige” moets daarvoor dan wel naar haar man om daar het bedrag in CUP op te halen. Ze had immers geen CUCs want ze was zogenaamd onschuldig. Pffffft. Uiteindelijk kwam de andere vrouw van de cafetaria het bureau binnen en kregen we ons geld: twee briefjes van 5.
Maar goed, nu hadden we in elk geval geld om te gaan eten, want we hadden hongerrrrrrrrrrrr.
Het restaurant waar we wilen eten was gelukkig vlakbij; een groot koloniaal pand met voorin wat gedekte tafels en achterin een bar waar al lekker gedronken werd. Alle tafeltjes waren helaas bezet en we werden naar een zijkamer geleid waar ook allemaal tafels gedekt waren en de airco op -20 stond. Daar hadden we geen zin en dus mochen we in het bar gedeelte eten. Daar maakte een Canadees die ook al jaren in Cuba kwam een praatje met ons en vertelde dat zijn dronken tafelgenoten best aardig gasten waren maar vooral leefden van gesjacher en gerommel. Een van de heren kad kennelijk het woord “fucking” ontdekt en gebruikte dat in elke op luid volume uitgesproken zin. Intussen werd ons eten gebracht door netjes in het zwart gestoken obers. Een bijzondere ambiance dus. Het was duidelijk al wat aan de late kant om nog te eten en al snel waren de toeristen verdwenen en werden hun plekjes ingenomen door schaars geklede dames en wat oudere blanke mannen. Er werd wat afgelonkt. Tijd om de frisse buitenlucht weer op te zoeken. We kwamen bij het theater in de stad, effe kijken of we er binnen konden komen. Dat mocht en we mochten zelfs plaats nemen in de zaal. Op het toneel stonden kinderen groot en klein met veel Cubaanse vlaggetjes, verkleed als militair, boer, verpleegster etc. en er stond ook een tank op het podium. Ah, dit moet een staaltje kinderpropaganda zijn en op dat moment zakte een enorme Cubaanse vlag achter het podium naar beneden. De muziek was vrolijk en de kinderstemmetjes zongen Fidél, Fidél, Fidél, Castro, Raoul. Wat een tegenstelling met de omgeving waar we net vandaan kwamen !

Op de allerlaatste dag hoefden we pas om twee uur naar het vliegveld te vertrekken. We zouden pas om half 8 vliegen en het was nog zo’n 15 kilometer fietsen. We konden dus makkelijk nog even de stad in om alsnog sigaren te kopen en het laatste stuk van het verhaal te uploaden. Dat ging weer lastiger dan we gehoopt hadden. Bij de wifispot in het centrum kregen we steeds foutmeldingen en wat misschien nog erger was… het koffie-apparaat op het terras er vlakbij was er kapot. We doken nog even een van de vele winkels in en bleken in een soort warenhuis beland te zijn. Schoenen, speelgoed, Bavaria radler “made in Holland” met ananassmaak; er bleek echt van alles te koop te zijn. Daar werden we ook gespot door de man die Erwin de vorige avond geholpen had met het vinden van de politie. Hij was zogegegd de hele dag naar ons op zoek geweest om ons sigaren te verkopen. En als we die niet wilden dat had hij ook nog hele goede rum voor ons. Terwijl hij aan bleef dringen, zakte de prijs van beide artikelen behoorlijk. Jammer voor hem, we hadden geen interesse, ook niet toen zijn verkooppraatje veranderde in een jammerverhaal over z’n zoontje.
Inmiddels moesten we behoorlijk piesen en doken een cafetaria in. Stom genoeg had ik geen pleepapier bij me gestoken en op straat konden we nergens zakdoekjes te koop vinden. Zal je net zien. Ik vroeg dus aan de serveerster of ze papier had en ze haalde een rolletje papier uit haar eigen tas. Wat lief ! En het toilet was voor de verandering nog redelijk schoon ook ! Erwin was inmiddels gezellig in gesprek met een meneer aan een tafeltje die een rollator naast zich had staan. Erwin vertelde dat zijn opa ook een rollator heeft en die zijn Mercedes noemt. Nee, zo heette die van hem niet, dit was een Mitsubishi ! We drinken onze koffie, gaven de serveerster een vette fooi en liepen naar een park een paar blokken verderop waar we mensen eerder hadden zien internetten. Daar deed de verbinding het prima. Laatste verhaal geüpload en de wifikraskaartjes die we nog over hadden weggegeven aan een lokaal stel dat er ook zat.
In de casa alle spullen op de fietsen geladen, de fietsdozen zoveel mogelijk opgevouwen en in een hele grote bundel bij Erwin achterop gebonden. Hij was zo’n twee meter breed, maar het zat allemaal best stevig. Al snel fietsten we de stad uit en kwamen op de snelweg richting het vliegveld. Gelukkig is dat allemaal doodnormaal. Bovendien bleek de uiterste rechterbaan gereserveerd voor fietsers, en heus fietspad ! Een paar kilometer voor het vliegveld veranderde de snelweg in een tweebaansweg, maar de berm was vlak genoeg om in te kunnen fietsen. We hadden nog best wat CUPs die we niet meer zouden kunnen besteden, dus besloten we zomaar iemand een gelukkig nieuwjaar te wensen, een oude man fietste aan de andere kant en groette ons hartelijk, die werd dus een paar Cupjes rijker. Hij reed gelukkig net niet de rijbaan op toen Erwin naast hem kwam rijden. Feliz año nuevo, Señor !
Een paar honderd meter voor het vliegveld stond een politie-auto. Toch was dat even spannend, die zouden toch niet opeens moeilijk gaan doen omdat Erwin zo breed was ? Nee hoor, Hola! roepend en vriendelijk zwaaiend fietsten we er voorbij.
Het inpakken van de fietsten ging hartstikke relaxt en tussendoor praatten we gezellig wat met een van de vele vliegveldmensen die daar rondliepen. Hij zat ook veel op de fiets, een echte racefiets van een Canadese vriend, en liet ons een filmpje zien dat hij in de buurt Gibara aan het fietsen was. Een meneer met een keycord van Tui-fly kwam naar ons toe want we moesten nog apart betalen voor het vervoer van de fietsen. Of we dat toch wisten? Het inchecken was nog niet begonnen maar hij besloot onze bagage alvast te doen. Binnen een mum van tijd waren we van de tassen en de fietsen af. We hoefden niet eens in de rij te staan. Als dank gaven we hem de rol inpaktape die we nog over hadden. Erwins oude fietshelm werd dankbaar aanvaard door de vliegveldmeneer waar we mee hadden staan praten. De laatste restje CUP verdwenen in de handen van de toiletdames tijdens het lange wachten op het vliegtuig.

De foto’s zijn weer aangevuld en allemaal opnieuw geüpload in een iets hogere resolutie en de juiste volgorde, voorzien van een omschrijving en geotag.
https://erwindob.smugmug.com/Travel/Cuba-2015/

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Cuba, Holguín

Revisitando Cuba

Oostelijk Cuba per fiets

Recente Reisverslagen:

01 Januari 2016

Feliz año nuevo

01 Januari 2016

El final

29 December 2015

Capítulo 5

28 December 2015

Deel 2 van historia 4 :-)

27 December 2015

Historia 4
Erwin & Irene

Voorbestemd om regelmatig samen de wereld te ontdekken en daarna steeds weer thuis te komen

Actief sinds 26 Jan. 2008
Verslag gelezen: 493
Totaal aantal bezoekers 130855

Voorgaande reizen:

28 Mei 2023 - 28 Mei 2023

Fietszomer 2023

16 September 2018 - 16 September 2018

Otra Vez

06 December 2015 - 06 December 2015

Revisitando Cuba

01 September 2012 - 28 Februari 2013

Siempre volviendo !

03 Maart 2008 - 25 Juni 2008

Weghanahuis

Landen bezocht: